Meer product informatie
Marie-Laure, een jonge, blinde Française, woont met haar vader in Parijs. Haar vader werkt als curator bij het Natuurhistorisch Museum. Wanneer de nazi's Parijs bezetten, vluchten zij naar Saint-Malo, een stad in Bretagne. Ze nemen de grootste en meest waardevolle schat van het museum mee. Ondertussen groeit Werner Pfennig op in een Duits mijnstadje. Hij wordt op jonge leeftijd gerekruteerd door de Hitlerjugend en uiteindelijk naar het front gestuurd. Zijn reis leidt hem door Rusland en uiteindelijk naar Saint-Malo. Daar kruisen zijn pad en dat van Marie-Laure elkaar. Hun verhalen verweven, met de oorlogsgruwelen als achtergrond. De roman beschrijft hun lijden, moed en de menselijke geest die blijft hopen en vechten, zelfs in de donkerste tijden. Het is een verhaal over het zoeken naar licht in de duisternis en het vinden van verbondenheid wanneer alle hoop verloren lijkt te zijn.
... lees meer.